Groene valleien, ruige kusten, schilderachtige dorpjes en weinig toerisme dat sprak ons gelijk aan. We wilden graag in december naar de zon en niet al te lang vliegen. De gehele dag op het strand liggen op een all inclusive resort op Sal of Boa Vista valt voor ons ook af. Totdat ik erachter kwam dat er nog veel meer Kaapverdische eilanden zijn. Santo Antao is het meest westelijk gelegen eiland en daarbij ook een van de grootste en groenste eilanden van Kaapverdië. Het meest nabijgelegen eiland is Sao Vicente.
Reis naar Sao Vicente
Dag 1:
Je vliegt vanuit Amsterdam in zo’n 6 a 7 uur naar Sao Vicente. Daarna ben je in ongeveer één uur met de ferry op het eiland Santo Antao. We zijn eerst 1,5 dag op Sao Vicente gebleven.
Bij aankomst bij ons eerste hotel Porto Grande in Mindelo kregen we uitleg over de excursies die er allemaal op Sao Vincente te doen zijn. Uit beleefdheid hebben we geluisterd, maar we hebben daarna snel ons eigen plan getrokken. We zijn niet zo van die excursie mensen en doen dat soort dingen liever op eigen houtje. Ieder zijn ding!
We besloten eerst te voet de stad te verkennen. Heerlijk door de straatjes gewandeld en uiteindelijk kwamen we bij het strand uit. Het is een lekker breed strand met schitterend helderblauw water. Door de harde wind was het helaas geen optie om er echt te gaan liggen, je werd echt gezandstraald. We besloten bij het zwembad van het hotel te gaan liggen omdat je daar meer beschut ligt.
’s Avonds hebben we bij het restaurant Nautilus gegeten. Het is een heel gezellig restaurant waar ook vaak livemuziek is. Probeer zeker een keer het traditionele gerecht Cachupa. Het is een stoofpot van mais en bonen en als je geluk hebt zit er ook nog stukjes worst en kip in.
Dag 2:
Na het ontbijt besloten we een taxi te huren die ons de leukste plekken van het eiland kon laten zien. Ik heb het boekje met de excursies erbij gepakt en de plekjes opgeschreven die ons wel aanspraken. Dit werkte supergoed. De plekken die we bezocht hebben zijn: Monte Verde, Fishing village Salamansa, Baia das gatas, Calhou en Praia Grande beach. We hadden van tevoren helemaal niet een goed beeld wat we konden verwachten van dit eiland en van de reis in het algemeen. Maar ik ben toch wel een beetje geschrokken hoe arm sommige mensen hier zijn en hoe goed we het in Nederland eigenlijk hebben. Het eiland lijkt soms wel iets weg te hebben van een maanlandschap zo dor en droog is het.
Reis naar Santo Antao
Dag 3:
Na een heel vroeg ontbijt vertrokken we om 07.00 uur met de ferry richting Santo Antao. Na eerdere ervaringen met hoge golven op zee besloten we een reistabletje te nemen. Ik was heel blij dat we dit gedaan hadden want het ging aardig tekeer. Ken je die serie op National Geographic met die stoere mannen die krabben gaan vangen? Nou zo voelde het wel een beetje… alleen hadden wij dan niks gevangen.
Een uur later meerden we aan op Santo Antao en werden we naar het tweede hotel gebracht Santantao Art Resort. We besloten een taxi met een ander stel te delen en lieten ons afzetten bij Corda om naar Couculli te wandelen. Totaal onvoorbereid begonnen we aan een van de vele bergwandelingen van Santo Antao. Want waarom wandelschoenen meenemen als het met hardloopschoenen ook kan?
Nou daar kwam ik na een half uur al achter. Uit het niets lag ik gestrekt op het steile stenen bergpad. Ja hoor door mijn enkel gegaan! Gelukkig kon ik er nog wel opstaan. Ik vroeg me ook gelijk af, hoe moet je in godsnaam beneden komen als je een been gebroken hebt? Met een ezel? Maar goed ik heb gelukkig met een hoop ondersteuning van Dennis de bewoonde wereld kunnen bereiken.
En wauw wat zijn de landschappen en uitzichten op Santo Antao mooi! Ik heb nog nooit zoiets bijzonders gezien. De natuur en de afwisseling van landschappen hadden wel iets weg van Schotland en Peru.
Dag 4: Fontainhas
In de veronderstelling dat ik vandaag niet meer kon lopen toch mijn stoute schoenen weer aangetrokken. En na wat rekken en strekken toch besloten vandaag weer op pad te gaan. Weer een taxi gedeeld en ons laten afzetten bij Ponta del Sol. Na een uur lopen kwamen we bij het dorpje Fontainhas.
Volgens de Spaanse National Geographic serie het dorpje met het een van de mooiste uitzichten ter wereld. Het was inderdaad erg indrukwekkend! De huizen van Fontainhas hebben allemaal verschillende kleuren en het dorpje ligt op een bijna onmogelijke plek: hoog tegen een bergrand aan met daaronder een bergvallei van een paar honderd meter diep. Zo droog dat het is op Sao Vincente zo vruchtbaar het in het noorden op Santo Antao is.
In de valleien is er stromend water en wordt er van alles verbouwd. Onderweg naar Corvo kwamen we schoolkinderen tegen die op teenslippertjes elke dag 2 uur door de bergen naar school lopen. Tip: neem pennen mee die willen ze graag hebben. De gewassen uit de valleien werden in manden op het hoofd door de bergen naar de stad toe gesjouwd. Halverwege de wandeling kwam ik er eindelijk achter hoe je het beste zo’n steile berg af moet lopen. Loop als een krab! Van links naar rechts zigzaggend. Het werkt echt.
Na 5,5 uur kwamen we op het afgesproken punt en stond onze taxichauffeur netjes te wachten. Hij had lekker 5 uur zitten kaarten met zijn collega’s. Waarom zou je gaan zoeken naar extra ritjes als je weet dat je genoeg verdient hebt voor vandaag?! ’s Avonds waren we te moe om nog ergens heen te gaan en besloten we in het restaurant van het hotel te eten.
Dag 5: krater van Cova do Paúl
Tot de conclusie komen dat je thuis echt wat meer moet gaan bewegen. Alles doet zeer, alleen m’n hoofd en armen niet. Maar dat mag de pret niet drukken, want er staat nog één wandeling op ons programma. Even doorbijten dan maar. De beroemde wandeling door de krater van Cova do Paúl.
De Cova krater waar de wandeling begint ziet er op het eerste gezicht helemaal niet uit als vulkaankrater. De vruchtbare grond wordt gebruikt om er gewassen op te verbouwen. Als je om heen kijkt zie je de wanden van de vulkaan.
Het eerste deel van de wandeltocht loopt steil, maar eenmaal boven heb je echt een schitterend uitzicht. Als je bovenaan de vulkaan staat zie je heel duidelijk de paden al zigzaggend naar beneden lopen. Af en toe kom je langs hutjes van locals die tussen het suikerriet, mango’s, en de bananenvelden wonen.
Het plan was om nog door te lopen helemaal naar de kust. Halverwege zijn we toch maar in een aluguer (minibusje) gestapt die ons naar de taxi bracht.
Terug naar Sao Vincente
Dag 6, 7 en 8:
Om 09.00 uur weer terug naar Sao Vincente. De boot hebben we voor het gemak maar een naam gegeven: “The crab catcher”. Gelukkig was de zee nu rustiger en kwamen we zonder kleerscheuren aan de overkant.
Eindelijk relaxen na al die zware maar mooie wandelingen. Met onze voetjes omhoog in de zon hebben we de laatste dagen van de vakantie doorgebracht aan het zwembad. ’s Avonds hebben we genoten van verschillende straatartiesten in Mindelo.
Waar je rekening mee moet houden/ tips voor Kaapverdië
1. Op Santo Antao is geen vliegveld, je moet dus eerst naar Sao Vincente.
2. Er is veel armoede.
3. Verwacht geen mooie zandstranden op Santo Antao.
4. Neem goede wandelschoenen mee.
5. Regel zelf vervoer, excursies zijn prijzig omdat er niet veel toeristen zijn.
6. Geen massatoerisme.
7. Regel vooraf een visum.
8. Neem reispillen mee voor de overtocht met de ferry (kosten ferry 8 euro)
9. Het was tijdens onze vakantie vaak bewolkt door Sahara zand.
9. Escudo’s omrekenen naar euro’s? Deel het bedrag in escudo’s door 100 en dan heb je ongeveer het bedrag in euro’s.