Het piepkleine landje Montenegro bestaat eigenlijk alleen maar uit bergen. Op zich ook logisch, als je bedenkt dat de naam van het land verwijst naar ‘de zwarte berg’. Deze bij Montenegrijnen beroemde berg bevindt zich geografisch gezien ongeveer in het midden van Montenegro en is natuurlijk een grote trekpleister voor toeristen. Tijdens onze rondreis door het landje zijn wij er helaas niet geweest, maar andere bergen zijn we natuurlijk voldoende tegengekomen!
Klein Dubrovnik, Montenegro
Na binnenkomst in het land stond voor ons eerst de Kotor Bay op het programma. Deze gigantische baai ligt vlak onder het uiterste puntje van Kroatië, waar wij net vandaan kwamen. Aangezien Montenegro ter hoogte van Zuid-Frankrijk ligt, was het ook eind augustus nog volop zomer. Hierdoor zochten wij al snel een parkeerplaats op, zodat we konden afkoelen in het heldere zoute water. De visjes zwommen om ons heen en we hoorden van alle kanten muziek uit de barretjes langs het water komen.
Toen we bijna droog waren, kleedden we ons weer om en reden we verder naar het plaatsje waar de naam van de baai vandaan komt: Kotor. In het centrum was het parkeren natuurlijk betaald, dus wij reden iets verder door naar waar we gratis konden parkeren bij een koffiebar. Eerst bestelden we een drankje, waarna we langzaamaan terugliepen naar het oude centrum van Kotor, dat op de Unesco Werelderfgoedlijst staat. Verbaasd door de omhooglopende stadsmuren die voor ons oprezen, liepen wij naar de poort om het oude centrum in te gaan. Net als in Dubrovnik (niet ver hier vandaan in Kroatië) is hier het oudste deel van de stad bewaard gebleven en loop je door hele smalle steegjes, waar souvenirwinkeltjes en kleine restaurantjes elkaar afwisselen. Wat echter ontzettend verschilt van zijn grote broer, is dat Kotor een stuk minder toeristisch is en dat je dus heerlijk rustig door de straatjes kan slenteren. En de prijzen liggen ook een stuk lager! Wat ons betreft dus een veel beter plekje om tot rust te komen en te genieten van de relaxte sfeer van de Balkan.
Druk druk druk aan de kust van Montenegro
Na overnacht te hebben met een fenomenaal uitzicht op de Kotor bay, reden we naar de kust van Montenegro. Volgens mensen die we onderweg tegenkwamen was Budva een leuke plaats om te stoppen, dus dat zou ons eerste doel worden van de dag. De weg door het stadje was echter beladen met auto’s, alle parkeerplaatsen die we konden zien waren vol en de vele hotels belemmerden ons zicht op de zee. Gauw weg hier! Doorrijdend naar het zuiden zagen we voornamelijk dure resorts langs de zee onder ons, waardoor we niet echt de behoefte voelden om een pauze te houden. Pas toen we bij Sveti Stefan aankwamen, besloten we om de camper langs de weg te zetten en naar de zee te wandelen. Sveti Stefan was een dorp op een klein eilandje voor de kust, wat nu omgebouwd blijkt te zijn tot een luxe resort. Het echte plaatsje ligt nu op het vasteland en bestaat ook vooral uit hotelletjes, maar het voor bezoekers afgesloten eiland biedt vanaf de kust nog steeds een betoverend uitzicht. Na een kop koffie en een frisse duik in de zee liepen we terug naar de auto, klaar om de zomerdrukte achter ons te laten.
Bergweggetjes
Vanaf de zee reden we via een adembenemende bergweg richting de hoofdstad Podgorica. Onderweg stopten we om te lunchen bij een – naar hoe het eruitzag – luxe restaurant. Met grote glimlach gingen we na de lunch terug naar de camper, want het eten was niet alleen verrukkelijk, het was ook nog eens hartstikke goedkoop! De nieuwe hoofdstad van Montenegro bestaat vooral uit industrie, dus wij reden door naar het noorden van het land, waar we steeds minder auto’s tegenkwamen. Vlak langs de Bosnische grens bezochten we Pluzine, gelegen aan een prachtig turquoise gekleurd stuwmeer. Gelukkig hadden we nog wat diesel in de tank zitten, want het tankstation was gesloten! Vanaf daar volgden we een steile weg met veel tunnels naar boven, waar we voor ons gevoel op het ‘dak van de wereld’ terechtkwamen. We zagen enkel nog maar groene heuvels om ons heen, waar af en toe wat koeien liepen en waar soms ineens een klein huisje opdook uit het niets.
Deze weg loopt door Durmitor National Park en leidt uiteindelijk naar Zabljak, van waaruit vele avontuurlijke excursies te boeken zijn. Aangezien wij vanuit Pluzine gekomen waren, reden wij eerst door het adembenemende landschap van Durmitor, totdat we bij de enorme bergen kwamen waar menig wandelaar van droomt. We zagen dan ook ineens een heleboel auto’s en campers staan bij de start van de trail naar Babotov Kuk, de hoogste top van dit gebied. Omdat het ondertussen al middag was, besloten wij om deze wandeling van in totaal 6 uur maar niet meer te gaan maken en we streken met een biertje neer bij het mini-restaurantje iets verderop. Na een tijdje kregen we spijt, dus we liepen toch nog maar een stukje de berg op. Niet helemaal naar de top, helaas!
Zabljak, de poort naar Durmitor
De dag daarna kwamen we aan in Zabljak, waar we onszelf op camping Ivan Do installeerden. Deze camping ligt precies naast de ingang van het National Park, waardoor het voor ons erg makkelijk was om er op onze wandelschoenen op uit te trekken. De entree voor het park is slechts 3 euro per persoon, dit bedrag is zodat de rangers het schoon en veilig kunnen houden. De wandelpaden waren daarnaast ook heel goed aangegeven, waardoor wij onze route langs ‘Black Lake’ en naar een ander, wat kleiner bergmeertje, goed konden vinden. Het dorp Zabljak zelf is vooral erg toeristisch, met veel hutjes langs de weg waar je toffe uitjes kunt boeken zoals raften, canyoningen, jeep safari’s, enzovoort. Ze leken ons allemaal ontzettend leuk, maar omdat wij hier maar één nacht bleven, was het voor ons niet haalbaar om iets te boeken. Wij wilden namelijk weer verder rijden, naar een plek waar de temperaturen weer iets hoger zouden liggen. In de bergen is een dikke trui namelijk geen overbodige luxe!
Rondreis Montenegro door het zuiden
Vanaf het letterlijke en figuurlijke hoogtepunt van onze rondreis door Montenegro reden we nog een tijdje tussen hoge bergen door. Een mooie stop die we maakten was bij de Tara Canyon, waar een zipline van maar liefst 1 kilometer van de ene kant naar de andere kant van de kloof loopt. Wat een enorme diepte onder onze voeten! Langzaamaan daalden we vervolgens af en reden we steeds dichter langs de kolkende rivier. Omdat we nu weer terug naar het zuiden reden, kwamen we weer in de buurt van Podgorica, waar op vele plekken de bouw van een nieuwe snelweg door de bergen zichtbaar was. Dat zal vast erg fijn zijn als je haast hebt, maar wij vonden de slingerende bergwegen toch echt veel mooier om te rijden! Jammer genoeg waren we nu aan de andere kant van dit prachtige land en zouden we al snel de grens over rijden. Gelukkig hebben we nog meer avonturen in het verschiet: wat zullen we in Albanië allemaal tegenkomen?
Meer blogs over Montenegro lezen? Klik dan hier!